Cavelossim - Palolem (40km)

De 15 dagen vakantie met Corina waren erg lekker. Ervaringen delen en samen leuke dingen doen is toch wel erg leuk als je de hele tijd alles alleen moet doen. Het was een echte vakantie, met bezoekjes aan Panaji, Margao, de specerijenplantage vlakbij Ponda en het bezoek aan de watervallen in een National Park aan de oostzijde van Goa. Nadat ik Corina zaterdag uitzwaai, als ze weer vertrekt, pak ik de motor en vertrek richting Palolem. Ik neem de pont over de Sal rivier in Cavelossim en rij richting Betul. De weg gaat over kliffen en dat geeft schitterende uitzichten over de baaien. Palolem is druk, afgeladen met backpackers, het strand vol beachshacks en de ruimte erachter vol met bamboehutjes op palen. De sfeer is er wel relaxed en ik besluit er twee nachtjes te blijven. Ik neem de tijd om mijn nieuwe route uit te stippelen. De tsunami heeft een groot deel van mijn laatst geplande route verwoest, infrastructuur verdwenen en accommodatie beschadigd of weg. Het nieuwe plan is om deze gebieden te mijden, om niet de ramptoerist uit te hangen.

Palolem - Byndoor (189km)

Palolem slaapt nog als ik om 7 uur opsta. Ik wil de warmte voor zijn en pak de spullen in. Met veel kracht en zweet trek ik de motor uit het mulle zand onder mijn bamboehut en rij haar met spinnend achterwiel naar wat hardere grond. Ik laad de motor en zweet uit onder het ontbijt van pannenkoeken op het strand. Ik verlaat Palolem en rij richting highway 17, die hier dicht langs de kust loopt. Ik heb geen echt doel voor vandaag, maar richting het zuiden moet Mangalore haalbaar zijn. Bij Canacone kom ik op de 17, het is rustig op de weg. Karwar is de volgende grote plaats. Hier is men druk bezig met project Seabird, wat India’s grootste marinehaven moet worden. De weg is redelijk en slingert door het landschap. Ik passer veel bruggen over rivieren die hier in de zee uitmonden. De begroeiing is vol en groen met overal palmbomen. Ik zie veel rijstvelden, die net ingeplant zijn of worden en dit geeft het landschap een fris groene kleur. Als ik het plaatsje Byndoor nader zie ik een bordje langs de kant van de weg van Sai Vishram beach resort. Ik besluit een kijkje te nemen. Na 4 km kom ik aan het strand en bij het vegetarische en non-alcoholische resort. Er is plek genoeg, er zijn geen gasten. 1200Rs per nacht inclusief eten en drinken.Het is een schitterend terrein met tenten onder rieten daken met eigen tuin en voorzien van douche en toilet. Het strand is wit en verlaten. Dit is wat ik zocht. Het resort is van een grote bouwondernemer die niet op winst uit is. Alle watersporten kun je beoefenen. Ik neem de zeilboot, een Laser, de volgende dag een paar uur mee uit de zee op, heerlijk. Het personeel verwent me, ik ben de enige gast. Ik bezoek met Hari, een van de initiatiefnemers van het resort, de boerderij van zijn schoonouders. We bezoek ook een project ter bescherming van de grote zeeschildpadden. Ze verzamelen hier de eieren en zorgen dat de jongen veilig de zee bereiken. Hierna trakteert hij me op Ladyfish, een plaatselijke specialiteit en drinken we samen een biertje. Hierna brengt zijn chauffeur me terug.

Byndoor - Kollur (48km)

Ik vertrek en op verzoek/advies van Sanje, de manager van het resort, breng ik een bezoek aan de Krishna boerderij/school/tempel midden in de jungle. Ik rij bij Kollur een pad van 5km door de dichte jungle om er te komen. Dit gebied heet de Western Ghats, een bergketen langs bijna de gehele westkust. Als ik bij de boerderij aankom besluit ik maar een kamer te nemen. Ik krijg een kamer in de boerderij, het guesthouse is vol. Het complex wordt bewoond door Amerikanen, een Duitser en Australiërs. Sommige Krishna’s en andere gasten werken voor kost en inwoning als een soort vakantie. Ik betaal 200Rs voor kost en inwoning en daar kan ik niet voor werken. De plaats heeft geen telefoon en zonne energie. De Australiërs uit het guesthouse geven me wat nuttige informatie over hun land, mijn volgende bestemming.

Kollur - Belur (260km)

Het is een leuk begin van de dag, 5 km over een keienpad dwars door de jungle. Ik rij terug naar Kollur en volg de weg naar Jadkal. Ik zit nog aardig op hoogte en klim langzaam door naar zo’n 1000 meter. Ik rij op een soort hoogvlakte De weg is smal en slingert door dorpje als Agumbe, Sringeri en Koppa. Op de weg naar Chikmangalur kom ik door grote koffieplantrages met schitterende estates. Het is opvallend hoe mooi de wegen bij de plantages zijn en hoe slecht daarbuiten. Ik drink echte koffie bij een koffiestalletje en praat wat met een paar managers van Tata bedrijfswagens. Hierna rij ik door naar Chikmagalur en daar kom ik een Coffeday café tegen, die ik natuurlijk niet voorbij kan rijden zonder eerst een paar cappuccino’s naar binnen te werken. Ik rij door Chikmagalur en kom in Belur, waar ik een kamer neem in het Vishnu Regency.

Belur - Mysore (180km)

De nacht in het hotel verliep wat onrustig. Ik werd ‘s nachts wakker van geritsel aan mijn hoofdeind en toen ik de zaklamp erop scheen zag ik een 4cm grote donkerbruine kakkerlak over mijn hoofdeind lopen. Gelukkig zat het muskietennet er nog tussen en verdween het beestje door het licht.

Ik bezoek ‘s morgens de Channekshava tempel, een Hoysalatempel van meer dan 800 jaar oud. De tempel is mooi versierd met beeldhouwwerk in zeepsteen. De Goparam of toegangs poort is 7 etages hoog en versierd met beeldhouwwerk van dansende vrouwen en poses uit de Kama Sutra. Na het tempelbezoek pak ik de motor en rij naar Halebid, nog een plaats met mooie tempels waarvan ik er twee bezoek. Ik raak aan de praat met een Duitse motorrijder op een Enfield Bullet. Hij schrijft voor diverse motorbladen, woont in Korea en is op een drieweekse reis door zuid India. Ik rij hierna door naar Hassan en sla hier af naar Mysore. Een weg met superstrak asfalt, breed en erg rustig. Ik kan hier lekker opschieten, de weg zit vol snelle bochten. Ik kom er na een half uur achter waarom de weg zo rustig is, hij is nog niet helemaal klaar. Ik kom op de oude weg en deze is een stukje minder, maar ik kwam voor ‘allroad’ en dat krijg ik dan ook. Rond 17:00 uur rij ik Mysore binnen en zoek een hotel. Ik bezoek de volgende dag het paleis en ‘s avonds nog een keer als het gehele paleis prachtig verlicht is.

top