Sawai Madhopur - Ajmer (292km) Vanmorgen erg veel moeite met wakker worden en ik twijfel of ik zal vertrekken. Om tien uur start ik de motor en rij weg vanaf het hotel. Het wordt een aardig lange dag, schat ik in. De afstand naar Ajmer is flink en ik weet niet of ik eerder iets tegenkom om te slapen. Ik neem de weg richting Tonk. De weg is goed, zoals de hoteleigenaar vertelde. In Tonk kom ik op een meer doorgaande weg naar Deoli en ik ben sneller in Deoli dan ik dacht. Ik verlaat hier de doorgaande weg en rij nu weer over een klein weggetje met slecht wegdek. Ik zie in de verte iets glinsteren en als ik dichterbij kom zie ik dat het water is. De hele vlakte staat onder water. De weg die ik in gedachte heb staat ook onder water en ik stop aan de rand van het water. Er zijn mensen met bootjes en tractoren bezig. Ik zie in de verte huizen onder water staan. Hier is iets niet helemaal goed. Met gebarentaal vraag ik of ik verder kan. Nee, omrijden, maak ik op uit de gebaren. Ik probeer uit te vinden hoe diep het water is en wijs op kniehoogte. De gebaren wijzen boven mijn hoofd, dat is te diep, ik rij wel om. Ik rij terug en kom weer in Deoli en vraag de weg naar Ajmer. Ik krijg een uitleg die goed is en al snel ben ik weer op de goede route. In Kekri stop ik voor de lunch in de vorm van een colaatje en wat biscuit. Er ontstaat een hele oploop en ik eet niet echt rustig. Ik besluit buiten het dorp nog wel een keer te stoppen. De stille weg buiten het dorp is een goede plek om even wat rust te nemen. Ik rij de motor van de weg de berm in en geniet even van de stilte. Er staan mooie struiken met bloemen, maar ook struiken met gemene doorns. Na een gesprek met twee jongens die stoppen besluit ik het laatste stuk te doen. Na een kilometer of 8 kom ik bij een grote doorgaande weg en wil de richting Ajmer volgen. Bij het inzetten van de bocht, voelt de motor vreemd aan. Ik kijk en zie dat de voorband bijna leeg is. Ik rij de berm in en op deze kruising is gelukkig een banden-wallah. Ik stop bij hem en hij komt al met een schroevendraaier aanlopen. Niet op mijn velg, denk ik en ik gebaar hem te wachten. Ik pak mijn gereedschap en bandenlichters. Zet de velgbeschermers erop en haal het voorwiel er uit. Ik licht de band zelf en geef hem de binnenband. Drie gaatjes zegt hij. Ik kijk in de buitenband en zie al snel de dikke doorns zitten. Ik haal de doorns er zorgvuldig uit en controleer de band nog een keer extra, 1x lek rijden is genoeg. Na drie kwartier zit alles er weer op en kan ik door. Ik rij lekker door over de doorgaande weg en mis dan ook de goede afslag. Er komt gelukkig nog een afslag en ik neem deze weg door de heuvels. Als ik Ajmer binnenrijd is het druk in de stad. Ik wil naar een hotel bij het meer en rij door de stad. Rond vijf uur rij ik het terrein van het hotel op en neem een kamer met uitzicht over het meer en de heuvels. |