Ik weet nu eindelijk wat het is om reizigersdiarree te hebben. Het lijkt wat op een bypass direct van de slok- naar de endeldarm.Het kost me twee dagen en na 36 uur besluit ik de antibioticakuur aan te spreken die ik mee heb. Na een paar uur is het al een stuk beter en dat betekent dat het een goede keuze was. Ik ga een dag op safari en besluit een hele dag te gaan en een privé-jeep te huren. Tikka gaat mee, en naast hem en de chauffeur krijg ik bij de ingang ook nog een gids van het park mee. We kunnen verder het park in omdat we de hele dag hebben. De meeste mensen gaan een halve dag. We zien ontzettend veel vogels, Tikka heeft er 50 verschillende geturfd. Van hele kleine, zoals de Sunbird, tot grote, zoals de Brown fish-owl. De vele herten die ik al eerder zag, zoals spotteddeer en summerdeer, zie je ook in het National Park veelvuldig. Veel pootafdrukken van tijgers, maar zien doe ik ze niet. Na de lunch, die we bij een voormalig guesthouse van de Engelsen genieten, gaan we vanaf dit verste punt terug rijden. Net door een rivier, zie ik een wilde olifant uit het bos komen. Een jong vrouwtje, legt de gids uit. Ze loopt achter ons de weg op en loopt richting de rivier. Voor haar zien we een Leopardcat op de weg lopen. De olifant loopt zeer traag en kijkt steeds om. We rijden langzaam achteruit om dichterbij te komen. Als ze zich omdraait stoppen we. Dit herhaalt zich een paar keer en dan is ze het blijkbaar zat en draait zich razendsnel om en neemt een dreigende houding aan, door te snuiven en een poot op te tillen. De gids legt uit dat ze boos is. Had hij niet hoeven zeggen. We besluiten het lot niet te tarten en rijden weer door. De olifant kijkt ons na. We rijden terug naar het guesthouse, halverwege het park. Ik ga een tocht op een olifant maken. Wat een kracht straalt zo’n beest uit! De olifant zoekt zijn weg dwars door de jungle en neemt links en rechts een hap eten in de vorm van gras en takken die hij van de bomen rukt. Het valt me op dat je op zo’n olifant het wild veel dichter kunt naderen, ik zie herten op een meter of drie afstand en dat is makkelijk foto’s maken. Rond half zes verlaten we het park en gaan nog even nagenieten bij het kampvuur in “Tiger Camp”. De dag erna ga ik met Tikka nog een wandeling maken door de jungle naar Kumeria. Dit ligt buiten het National Park, want daar mag je niet wandelen. Het is een route die Tikka nog niet eerder gelopen heeft en hij gaat deels over een oude Engelse weg, die niet meer in gebruik is. Wederom veel vogels, nu 45 verschillende soorten, waarvan vele anders dan de dag ervoor. Als we in de jungle het spoor een soort van bijster zijn, de weg is niet meer te zien, besluiten we terug te gaan. We komen weer bij de doorgaande weg uit en nemen een Jeep naar Kumeria. Hier, aan de Kosi rivier, spotten we nog een half uur vogels en gaan dan terug naar “Tiger Camp”. We nemen de bus terug, heb ik dat ook geprobeerd. Ik zou niet willen backpacken en hele dagen in zo’n bus willen zitten, weet ik na afloop. Ramnagar - Nainital (70km) Vandaag een korte route. Ik vertrek uit “Tiger Camp” en rij terug naar Ramnagar, ongeveer 8km verderop. Ik sla hier links af, de dam over, en kom op een mooie asfaltweg. Dat schiet op. Ik kom in Kaladungi, langs het winterhuis van Jim Corbett. Ik twijfel of ik hier al linksaf moet en rij rechtdoor. Vragen, denk ik bij mezelf, en dat doe ik dus. Ik vraag de weg bij het politiebureau. Ik had daar linksaf gemoeten. Thee? Ja, lekker. Na een goed gesprek over de politie vertrek ik. Ik sla nu rechtsaf en rij de bergen weer in. De weg is er een van vele bochten en vergezichten. Ik rij Nainital binnen en kijk uit over het meer. Ik rij eerst maar eens een rustig rondje en kijk naar de vele hotels die rond het meer staan. Ik besluit er eentje te bekijken. Hotel Alka is redelijk luxe hotel, maar als ik vraag waar ik de motor kan parkeren verwijzen ze me naar de grote parkeerplaats aan het eind van het meer. Tot ziens!! Elphinstone hotel is nummer twee, hier kan de motor gewoon op een mooi plekje bij het hotel staan, dus deze wordt het. Ik ben vroeg en wandel in het middagzonnetje over de mall, langs het meer. Het leven is zwaar, denk ik met een glimlach. Ik weet nu eindelijk wat het is om reizigersdiarree te hebben. Het lijkt wat op een bypass direct van de slok- naar de endeldarm.Het kost me twee dagen en na 36 uur besluit ik de antibioticakuur aan te spreken die ik mee heb. Na een paar uur is het al een stuk beter en dat betekent dat het een goede keuze was. Ik ga een dag op safari en besluit een hele dag te gaan en een privé-jeep te huren. Tikka gaat mee, en naast hem en de chauffeur krijg ik bij de ingang ook nog een gids van het park mee. We kunnen verder het park in omdat we de hele dag hebben. De meeste mensen gaan een halve dag. We zien ontzettend veel vogels, Tikka heeft er 50 verschillende geturfd. Van hele kleine, zoals de Sunbird, tot grote, zoals de Brown fish-owl. De vele herten die ik al eerder zag, zoals spotteddeer en summerdeer, zie je ook in het National Park veelvuldig. Veel pootafdrukken van tijgers, maar zien doe ik ze niet. Na de lunch, die we bij een voormalig guesthouse van de Engelsen genieten, gaan we vanaf dit verste punt terug rijden. Net door een rivier, zie ik een wilde olifant uit het bos komen. Een jong vrouwtje, legt de gids uit. Ze loopt achter ons de weg op en loopt richting de rivier. Voor haar zien we een Leopardcat op de weg lopen. De olifant loopt zeer traag en kijkt steeds om. We rijden langzaam achteruit om dichterbij te komen. Als ze zich omdraait stoppen we. Dit herhaalt zich een paar keer en dan is ze het blijkbaar zat en draait zich razendsnel om en neemt een dreigende houding aan, door te snuiven en een poot op te tillen. De gids legt uit dat ze boos is. Had hij niet hoeven zeggen. We besluiten het lot niet te tarten en rijden weer door. De olifant kijkt ons na. We rijden terug naar het guesthouse, halverwege het park. Ik ga een tocht op een olifant maken. Wat een kracht straalt zo’n beest uit! De olifant zoekt zijn weg dwars door de jungle en neemt links en rechts een hap eten in de vorm van gras en takken die hij van de bomen rukt. Het valt me op dat je op zo’n olifant het wild veel dichter kunt naderen, ik zie herten op een meter of drie afstand en dat is makkelijk foto’s maken. Rond half zes verlaten we het park en gaan nog even nagenieten bij het kampvuur in “Tiger Camp”. De dag erna ga ik met Tikka nog een wandeling maken door de jungle naar Kumeria. Dit ligt buiten het National Park, want daar mag je niet wandelen. Het is een route die Tikka nog niet eerder gelopen heeft en hij gaat deels over een oude Engelse weg, die niet meer in gebruik is. Wederom veel vogels, nu 45 verschillende soorten, waarvan vele anders dan de dag ervoor. Als we in de jungle het spoor een soort van bijster zijn, de weg is niet meer te zien, besluiten we terug te gaan. We komen weer bij de doorgaande weg uit en nemen een Jeep naar Kumeria. Hier, aan de Kosi rivier, spotten we nog een half uur vogels en gaan dan terug naar “Tiger Camp”. We nemen de bus terug, heb ik dat ook geprobeerd. Ik zou niet willen backpacken en hele dagen in zo’n bus willen zitten, weet ik na afloop. Ramnagar - Nainital (70km) Vandaag een korte route. Ik vertrek uit “Tiger Camp” en rij terug naar Ramnagar, ongeveer 8km verderop. Ik sla hier links af, de dam over, en kom op een mooie asfaltweg. Dat schiet op. Ik kom in Kaladungi, langs het winterhuis van Jim Corbett. Ik twijfel of ik hier al linksaf moet en rij rechtdoor. Vragen, denk ik bij mezelf, en dat doe ik dus. Ik vraag de weg bij het politiebureau. Ik had daar linksaf gemoeten. Thee? Ja, lekker. Na een goed gesprek over de politie vertrek ik. Ik sla nu rechtsaf en rij de bergen weer in. De weg is er een van vele bochten en vergezichten. Ik rij Nainital binnen en kijk uit over het meer. Ik rij eerst maar eens een rustig rondje en kijk naar de vele hotels die rond het meer staan. Ik besluit er eentje te bekijken. Hotel Alka is redelijk luxe hotel, maar als ik vraag waar ik de motor kan parkeren verwijzen ze me naar de grote parkeerplaats aan het eind van het meer. Tot ziens!! Elphinstone hotel is nummer twee, hier kan de motor gewoon op een mooi plekje bij het hotel staan, dus deze wordt het. Ik ben vroeg en wandel in het middagzonnetje over de mall, langs het meer. Het leven is zwaar, denk ik met een glimlach. |